Bedrijfsvoering ondersteunt in de uitvoering van gemeentelijke taken, zoals de dienstverlening aan onze inwoners. De pijlers van bedrijfsvoering zijn: personeel en organisatie, informatievoorziening, communicatie, financiën, inkoop en aanbesteding, juridische zaken, informatieveiligheid en privacy en huisvesting. De belangrijkste aandachtspunten worden in deze paragraaf weergegeven.
Personeel en organisatie
Als het aankomt op ons personeelsbeleid, willen we hierin een voorbeeldrol vervullen. Zo gaan we actief aan de slag om ons personeelsbestand een afspiegeling te laten zijn van de Almeerse samenleving. We willen banen realiseren voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in het kader van de Participatiewet. Ook gaan we de uitkomsten van de pilot Anoniem selecteren gebruiken voor de verdere uitwerking van diversiteit op de werkvloer.
De veranderende aard en de complexiteit van de vraagstukken waar we mee te maken krijgen, vragen steeds vaker om een andere manier van werken. Dit heeft als gevolg dat de vraag naar praktijkgeschoold en hoogopgeleid personeel verder zal toenemen. Echter, vanwege de toegenomen vraag op de arbeidsmarkt is het de laatste jaren steeds lastiger geworden om de juiste mensen aan te trekken. In 2018 hebben we hiervoor al een recruiter aangetrokken. In 2019 zal hier verder vervolg aan gegeven worden door een gerichte arbeidsmarktcampagne. Tegelijkertijd zijn we alert op de mate waarin we gebruik maken van inhuur en de tarifering hiervan.
In navolging van de reorganisatie van de topstructuur is de doorontwikkeling van de leidinggevende structuur van de afdelingen afgerond. Uitkomst hiervan is dat het aantal leidinggevenden is verminderd. Deze besparing op de overhead is nagenoeg volledig toegevoegd aan de strategische beleidscapaciteit.
Informatievoorziening
ICT speelt een steeds belangrijkere rol voor het goed kunnen functioneren van organisaties. Tegelijkertijd is er ook steeds meer mogelijk en wordt er ook steeds meer verwacht. Zo ondersteunt de gemeentelijke informatievoorziening organisatie niet alleen op het gebied van ICT, maar draagt zij ook bij aan het mogelijk maken van inhoudelijke ambities.
In 2019 zal de IV-kwaliteit verder worden vergroot door het realiseren van nieuwe werkplekken die gekenmerkt worden door maatwerk. Een breed pakket aan virtuele diensten maakt het mogelijk dat medewerkers zelf kunnen bepalen welke applicaties nodig zijn om hun werk uit te voeren. Daarnaast staat een update gepland van ons financiële systeem en werken we stapsgewijs aan het vernieuwen van de applicatie voor Burgerzaken. Om deze kwaliteitsslag ook voor de lange termijn te borgen, is een langjarige samenwerking aangegaan met de IT-leverancier.
Communicatie
In 2017 is een eigentijds communicatiebeleid ontwikkeld. De implementatie daarvan heeft voor een belangrijk deel plaatsgevonden in 2018. Deze visie speelt nadrukkelijk in op belangrijke trends in de samenleving als het gaat om de communicatie tussen bestuur, organisatie en samenleving. Dit vraagt om medewerkers die weten wat zich afspeelt in de samenleving en die vanuit oprechte interesse verbinding willen en kunnen maken met alle mogelijke doelgroepen in die samenleving. Dit sluit ook naadloos aan op de doelstellingen van het huidige college en de wijze waarop zij samen met inwoners en partners invulling wil geven aan het sterker en beter maken van Almere.
De afdeling communicatie heeft in 2018 als vervolg op dit beleid, een aanvullende visie. Dit voorziet er in dat de afdeling zowel op uitvoerend niveau als op het niveau van (strategische) advisering over voldoende capaciteit beschikt om in een eerste behoefte van uitvoering en advies van afdelingen te kunnen voorzien. De ervaring leert dat hoe eerder communicatieprofessionals betrokken zijn bij beleidsontwikkelingen, hoe beter communicatie en marketing geborgd is in het daaropvolgende proces. Samen met de afdelingsmanagers wordt verkend onder welke voorwaarden het brede basispakket communicatie van start kan gaan.
Financiën
Nu het economisch voor de wind gaat, biedt dit ruimte om onze reserves weer aan te vullen. Dit is ook in lijn met de wens van de raad. In de crisis is hier immers een flink beroep op gedaan. We voegen daarom 50% van de winst uit het grondbedrijf toe aan de algemene reserves. Hierbij hanteren we een ondergrens van €10 miljoen. Dit doen we totdat een gezond weerstandsvermogen van circa €90 tot €95 miljoen is bereikt.
We gaan actief aan de slag met de recent aanvaarde moties ‘Duisenbergmethode (RG120/2017) en ‘Afstappen mutatiebegroting’ (RG264/2017). De Programmabegroting 2019 zal volledig digitaal zijn en een overzicht bieden van alle gemeentelijke activiteiten. Dit is aangevuld met korte toelichting per activiteit en is opgenomen in hoeverre de bijbehorende budgetten beïnvloed kunnen worden. De komende jaren zal hier verder invulling aan gegeven worden. Hierbij zal aandacht uitgaan naar de huidige inrichting van de budgetcyclus en hoe de begroting, de voorjaarsnota en de jaarrekening zich tot elkaar verhouden. We onderzoeken in hoeverre een perspectievennota in het voorjaar daar behulpzaam bij kan zijn.
Juridische zaken
Per 1 januari 2020 treedt de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) in werking. De Wnra is een landelijke wet waaraan alle ambtelijke organisaties aan moeten voldoen. In plaats van een eenzijdig aanstellingsbesluit sluit de werkgever in het vervolg een tweezijdig arbeidscontract af met een werknemer. Bij arbeidsgeschillen vervalt de afwijkende rechtsgang van ambtenaren. Net als in de marktsector gaat de kantonrechter hier voortaan over. Ook het systeem rond ontslag verandert. Dit is een grote operatie waarin veel beleidsdocumenten en regelingen de komende jaren verder worden voorbereid, getest en geïmplementeerd.
Informatieveiligheid
Sinds medio 2018 worden door de invoering van de nieuwe Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) privacyrechten uitgebreid en versterkt. Dit brengt voor organisaties meer verplichtingen en verantwoordelijkheden mee bij het verwerken van persoonsgegevens. In de afgelopen anderhalf jaar hebben we hier als gemeente de basis voor gelegd door zowel organisatorische als technische maatregelen te nemen om aan de AVG te voldoen. De komende jaren blijft het een punt van aandacht om de nieuwe privacywetgeving binnen ons privacy beleid in te passen.
Vastgoed
Met behulp van het Meerjaren Perspectief Vastgoed Almere (MPVA) sturen we op de staat van ons vastgoed. Dit is het belangrijkste instrument om te sturen op onze vastgoedportefeuille. Dit instrument geeft een doorkijk van vier jaar per pand voor wat betreft beheer en onderhoud, en brengt de financiële performance in beeld. Dit stelt ons in staat om te differentiëren in onderhoudsniveaus.
De afgelopen jaren is er veel geïnvesteerd in duurzaamheid. Zo is inmiddels 90% van gemeentelijk vastgoed wat daarvoor geschikt is belegd met PV-zonnepanelen en is er in de garages LED-verlichting aangebracht. Het laaghangende fruit is hiermee geplukt. We bevinden ons nu op een omslagpunt. In 2019 zullen nieuwe manieren worden onderzocht om ons vastgoed verder te verduurzamen. Zo willen we ook met ons vastgoed bijdragen aan de doelstellingen op het gebied van energie en duurzaamheid.
Inkoop en aanbesteding
Het inkoop- en aanbestedingsbeleid wat in de vorige periode is vastgesteld, blijft het geldende kader. Dit ingezette beleid, met als speerpunten lokale economie, duurzaamheid en SROI, werpt haar vruchten af. Op deze manier versterken we, als werkgever en opdrachtgever, de lokale economie. De contracten die we afsluiten met leveranciers zijn niet alleen financieel aantrekkelijk, maar leveren ook op andere terreinen toegevoegde waarde op. Zo worden er meer lokale ondernemers uitgenodigd bij aanbestedingen en neemt het sociaal rendement bij inkoopcontracten toe. Ook voor de Floriade dragen we ons steentje bij.
Overhead en kostentoerekening
Het BBV schrijft voor dat de overheadkosten apart in de begroting zichtbaar gemaakt worden. In dit hoofdstuk wordt het volume van de overheadkosten en de opbouw hiervan zichtbaar gemaakt. Tevens wordt op hoofdlijnen toegelicht hoe de overheadtoerekening naar specifieke producten en tarieven en de grondexploitatie eruit ziet. Ook wordt inzicht gegeven in de opbouw van de algemene dekkingsmiddelen.
In onderstaande tabel is de begroting van het jaar 2019 opgenomen:
(bedragen x € 1.000) | lasten | baten | eindtotaal |
1 Bestuur, inwoners en economie | 27.292 | 4.710 | -22.582 |
2 Duurzaam, leefbaar en bereikbaar | 111.906 | 85.147 | -26.759 |
3 Ruimte en wonen | 138.775 | 137.175 | -1.600 |
4 Zorg en welzijn | 192.699 | 7.168 | -185.331 |
5 Werk, inkomensondersteuning en inclusie | 136.064 | 94.030 | -42.034 |
6 Onderwijs, sport en cultuur | 84.489 | 20.620 | -63.869 |
7 Veiligheid | 19.137 | 639 | -18.498 |
8 Bedrijfsvoering | 3.024 | 121 | -2.903 |
9 Financiën | 7.299 | 4.694 | -2.605 |
algemene dekkingsmiddelen | 439.116 | 439.116 | |
overhead | 70.185 | 829 | -69356 |
doorbelasting overhead | -5.359 | 5.359 | |
stelpost onvoorzien | 451 | -451 | |
vennootschapsbelasting | 250 | -250 | |
totaal exploitatie | 786.092 | 794.249 | 8.157 |
reservemutaties | 118.765 | 110.408 | -8.157 |
totaal begroting 2019 | 904.657 | 904.657 | 0 |
In de tabel zijn de lasten en baten per raadsprogramma weergegeven. Voorts wordt apart inzicht gegeven in de omvang van de algemene dekkingsmiddelen (onderdeel van programma 9), de overhead (programma 8) en de post onvoorzien (programma 9). Tevens dient ook inzicht te worden gegeven in de verwachte heffing van de vennootschapsbelasting. Hiervoor is geen bedrag begroot. De baten en lasten op de raadsprogramma’s zijn toegelicht in het Programmaplan 2019 op de website. Onderstaand wordt nader ingegaan op de overige posten.
Algemene dekkingsmiddelen
De algemene dekkingsmiddelen zijn de inkomsten van de gemeente waar geen harde bestedingsverplichting op ligt. Hierdoor kunnen raad en college deze middelen vrij inzetten. De algemene dekkingsmiddelen betreffen circa 48% van de totale inkomsten van de gemeentebegroting. In het figuur hiernaast wordt inzicht gegeven in de totale inkomsten binnen de begroting. Het gemeentefonds en de lokale belastingen zijn de belangrijksten vrij besteedbare inkomstenposten.
Overhead
Vanaf het begrotingsjaar 2017 is, conform de door de BBV voorgeschreven definities, de overhead binnen de gemeentelijke begroting zichtbaar gemaakt. Het totale volume van de overhead bedraagt in de begroting 2019 € 70,4 miljoen, dit is 7,8% van het begrotingsvolume. Voor de overhead en de bedrijfsvoering worden ook een aantal verplichte indicatoren voorgeschreven. De gegevens zijn in onderstaande tabel opgenomen en vergeleken met beschikbaar referentiemateriaal van het CBS:
(bedragen x € 1.000) | Almere | totaal referentie |
netto overhead (lasten - baten - doorbelasting) | 64,0 | 57,2 |
aandeel netto overhead in begrotingsvolume | 7,1% | niet bekend |
overhead per inwoner in euro's | 308 | 331 |
apparaatskosten per inwoner in euro's | 714 | niet bekend |
bezetting per 1.000 inwoners in fte's (per januari 2017) | 9,3 | 8,1 |
aandeel inhuurkosten in totale loonsom | 7,2% | niet bekend |
Opbouw van de overheadkosten
In de grafiek hiernaast is de opbouw van de overheadkosten opgenomen. Een groot deel van de overhead betreft de concernoverhead (66%). Hieronder vallen de algemene bedrijfsvoeringsfuncties van de gemeente, zoals ICT, HRM en de afdeling financiën en control. Ook zijn de kosten van de afdelingen communicatie en onderzoek & statistiek en bestuursadvies en de concerndirectie hierin opgenomen. Per 1 januari 2018 heeft een reorganisatie plaatsgevonden op de topstructuur en de financiële functie. De kosten van deze functies vallen nu ook onder de concernoverhead. Voorheen vielen deze functies onder de dienstoverhead, deze categorie is komen te vervallen.
De afdelings- en teamoverhead betreffen met name de kosten van leidinggevenden en de directe ondersteuning van de vakafdelingen (primair proces).
Er is ook een deel van de overhead geclassificeerd als niet toerekenbare overhead. Dit zijn bijvoorbeeld kosten van frictie en mobiliteit, de organisatie verandering en het interim-bureau. Deze kosten worden wel op het taakveld overhead verantwoord maar zijn niet ondersteunend aan het primair proces.
Doorbelasting overhead
Doorbelasting van de overheadkosten
Doordat de overheadkosten op één plek in de begroting zichtbaar gemaakt dienen te worden vindt er geen integrale doorberekening van overheadkosten meer plaats naar alle begrotingsproducten. Voor een aantal begrotingsproducten mogen we dit wel blijven doen. Het gaat om een totaalvolume van € 5,4 miljoen.
Het belangrijkste onderdeel betreft de grondexploitatie. De kosten die gemaakt worden voor de grondexploitatie worden betaald uit toekomstige grondopbrengsten. Omdat kosten en opbrengsten niet in hetzelfde begrotingsjaar plaatsvinden worden de kosten geactiveerd. De overheadkosten dienen daarom ook geactiveerd (en daarmee toegerekend) te worden. Hetzelfde principe geldt ook voor investeringen in bijvoorbeeld voorzieningen en gebouwen en kosten die direct naar voorzieningen worden toegerekend (bijvoorbeeld Oosterwold). Daarnaast biedt het BBV ruimte om overhead door te blijven belasten aan doeluitkeringen en projecten en werken die voor derden worden verricht. Voor de doeluitkeringen gaat het om een gering volume. Voor de overheadtoerekening aan projecten hebben wij ervoor gekozen om dit te minimaliseren. Alleen voor de projecten van het FVA en voor de Floriade blijven we doorbelasten. Bij deze grote projecten gelden aparte verantwoordingsregimes waarbij het wenselijk is om de totale kosten in beeld te houden.
Uitganspunten kostentoerekening
Jaarlijks wordt de doorbelasting van de overhead naar bovengenoemde regimes bepaald op basis van het aantal fte dat werkt voor een activiteit. Hetzelfde geldt voor de toerekening van overheadkosten aan de tarieven/lokale heffingen. Omdat de overhead niet meer via de begroting aan de tarieven wordt toegerekend dient dit nu extracomptabel te worden gedaan. Zoals bovenstaand is toegelicht vindt toerekening van overhead plaats op basis van het begrote aantal directe fte’s, onderstaand is voor de belangrijkste kostendekkende producten zichtbaar gemaakt hoe de overheadtoerekening er op hoofdlijnen uit ziet:
(bedragen x € 1.000) | concern + huisvesting | afvalstoffen | riolering | WABO | |
overhead | 49.354 | 1.476 | 372 | 651 | |
percentage toerekenbaar | 89% | 100% | 100% | 100% | |
toerekenbare overhead | 44.055 | 1.476 | 372 | 651 | |
aantal begrote directe fte's | 1.319 | 96 | 17 | 50 | |
afdelingsoverhead per fte | 15,4 | 21,9 | 12,9 | ||
concernoverhead per fte | 33,4 | 33,4 | 33,4 | 33,4 | |
totale overhead per onderdeel | 4.683 | 940 | 2.336 |
De toerekening van concernoverhead vindt plaats op basis van een bedrag per directe fte. Dit bedrag is voor de hele gemeentelijke organisatie € 33.400. De afdelings- en teamoverhead verschilt per afdeling en is daarom ook per regime verschillend De begroting 2019 zal in het laatste kwartaal van 2018 nader worden uitgewerkt, hierdoor is het mogelijk dat er nog wijzigingen optreden in de daadwerkelijke toerekening van de overhead.
Onvoorzien
Gemeenten zijn verplicht om een stelpost onvoorzien op te nemen in de meerjarenbegroting. De stelpost onvoorzien dient als begrotingsbuffer waaruit onvoorziene tekorten gedurende kunnen worden afgedekt. Naast de stelpost onvoorzien dienen de saldireserve, het weerstandsvermogen van de algemene dienst en het weerstandsvermogen van het grondbedrijf als reservebuffers.
In het coalitie akkoord is afgesproken om de stelpost onvoorzien niet meer structureel in de begroting op te nemen, maar deze voor het lopende jaar en het begrotingsjaar uit de saldireserve af te dekken. Reden hiervoor is dat de begroting twee keer per jaar wordt bijgesteld en onverwachte knelpunten bij de actualisatie in de begroting worden meegenomen. De stelpost onvoorzien is daarom alleen nodig voor onvoorziene knelpunten in het lopende jaar die direct moeten worden opgelost. De stelpost onvoorzien heeft in 2019 een volume van € 451.000.
Vennootschapsbelasting
Per 1 januari 2016 is de Wet modernisering vennootschapsbelastingplicht overheidsondernemingen in werking getreden. De activiteiten waarop Almere in ieder geval VPB zal moeten gaan betalen zijn de grondexploitaties en het betaald garage parkeren. Voor de af te dragen vennootschapsbelasting is structureel € 250.000 binnen de begroting gereserveerd. Tevens is voor de grondexploitatie een reservering van € 28,7 miljoen opgenomen in het zachte vermogen van het grondbedrijf.
De voorlopige belastingaanslag bedraagt circa € 300.000. Er vinden echter nog gesprekken met de belastingdienst plaats over de fiscale waardering van de grondexploitaties en parkeergarages (openingsbalans). Deze waardering is bepalend voor de fiscale aftrekpost en dus ook voor de te betalen vennootschapsbelasting.